De kustploeg voldoet niet aan de voorwaarden voor deelname aan de Jupiler Pro League volgend seizoen. Er is nog beroep mogelijk via het Belgische Arbitragehof voor de Sport (BAS). Het BAS velt uiterlijk op 10 mei het finale vonnis. KV Oostende heeft drie dagen de tijd om beroep aan te tekenen. Omdat ook de licentie eerste nationale niet verkregen werd, dreigt de kustploeg teruggezet te worden naar de tweede amateurklasse. Bij KV Oostende, dat vorig seizoen in deze periode nog onderhandelde over de overname door het Amerikaanse PMG en daardoor in eerste zit niet klaar was voor de licentiecontrole, ontbraken dit jaar een aantal belangrijke stukken in het licentiedossier. Het zou onder meer gaan om jaarrekeningen van bedrijven in de portefeuille van de nieuwe eigenaars. De Licentiecommissie wil die inkijken om na te gaan of er geen addertjes onder het gras zitten aan de kust. Al eind maart werd KVO gevraagd om extra stukken in te dienen die de financiële garanties van PMG aantoonden, maar de kustploeg liet dit na. Het zou gaan om een administratieve tekortkoming, geen financiële. Er ontbreken betalingsbewijzen van bijvoorbeeld RSZ-voorschotten en bedrijfsvoorheffingen, alsook een verklaring op eer met betrekking tot belastingen. Belangrijker is het gebrek aan ramingen van ontvangsten en uitgaven tot het einde van het seizoen 2021-2022. Die moet elke club neerleggen om de dagelijkse werking te kunnen garanderen, maar KVO liet dat na. "De diverse onbetaalde bedragen vormen een probleem betreffende de continuïteit", aldus de Licentiecommissie. Daarnaast rezen er ook vragen over een bijkomende financiering van 1 miljoen euro om het liquiditeitstekort in dit seizoen weg te werken.
