De ouders van Jarne zochten een leuk dier dat ook graag gras eet, zodat ze niet meer zelf moesten instaan voor het onderhoud van hun gras. Zo ontdekten ze de Wallaby. Toen één van de kangoeroes jongen kreeg, en eentje verstootte uit de buidel, haalde het Gezin D’Hallewin de Wallaby in huis.
Wally leeft binnen in huis, maar kan natuurlijk ook naar buiten. Het gezin leerde de kangoeroe zijn behoefte te doen op een bepaalde plaats, en hij weet ook al dat hij niet in de zetel mag. Al kruipt hij ’s avonds toch eens graag bij het gezin onder een dekentje.
Wallaby’s worden gelukkig niet zo groot als kangoeroes, maar als Wally springt, dan is Jarne toch wat bang van z’n huisdier. Maar Wally blijft zijn beste vriend.