“Nadat ik een knikker gevonden had in mijn moestuin begon ik erover in mijn café”, steekt Anthony van wal, “We vroegen ons af of er een knikkerclub bestond in België en enkele klanten zochten uit dat dat niet het geval was. In Nederland was er wel een club. Ik mocht er op bezoek en als eerste Belg, samen met mijn dochters, mochten we deelnemen aan het Nederlands kampioenschap kuiltjesknikkeren. Het was een fantastische ervaring en dat leidde tot de start van een eigen knikkerclub in Wervik.”
Knikkeren blijft voor Anthony een spelletje, maar er zijn wel regels aan verbonden. “Wij hanteren de regels zoals die in 1976 in Nederland vastgelegd zijn”, vertelt hij, “want hoe eenvoudig het spelletje ook is, er moeten regels zijn. Zo moet je bijvoorbeeld altijd in de richting van het kuiltje spelen en is de winnaar de man of vrouw die de laatste knikker in het kuiltje knalt. Ook al heeft de tegenspeler meer knikkers in het kuiltje gekregen.”
Er zijn verschillende West-Vlaamse woorden voor knikkers: ketten, bielen, marbels maar Anthony maakt geen onderscheid, voor hem zijn het allemaal kunstwerken. “Ik herinner me nog zo goed de tijd op school waar we tijdens de speeltijd op onze buik lagen om te knikkeren. Heerlijk was dat! En toen ik in mijn moestuin een knikker vond was ik meteen weer verkocht. Ik praatte erover met de klanten in mijn café en we besloten om een eigen club te beginnen. De start van een prachtige hobby!”