“Ik werk het liefst met verschillende soorten appelen, hoe meer variëteiten, hoe beter de smaak. De bedoeling is om het hele gamma aan smaken, zoete, zure en bitterzoete smaken samen te brengen zodanig dat ik een beter resultaat krijg.” Gaël liep school in de tuinbouwschool, daar leerde hij het proces van het fermenteren. In het vak biochemie kreeg hij als taak om appelwijn te maken. Dat vond hij fascinerend en zo ging de bal aan het rollen.
“Ik ben afkomstig van Langemark, maar heb in Kortrijk een herenhuis gekocht. De gelijkvloerse verdieping heb ik omgebouwd tot stokerij. “Om een goeie cider te maken, moet je rekening houden met verschillende factoren die een invloed hebben op het eindresultaat. De belangrijkste is de grondstof. Je moet ervoor zorgen dat je verschillende variëteiten appelen hebt. De tweede is de gistsoort en de derde is de temperatuur. De omgeving waar de gist in zit, is heel belangrijk.”
Gaël heeft de voorbije jaren vooral getest en geprobeerd. Nu is hij klaar om de markt op te gaan. “Ik heb de eerste jaren gebruikt om verschillende appelen en gist te testen. Nu ben ik op een punt dat ik tevreden ben en de producten naar buiten wil brengen. Ik maak uiteindelijk vier drankjes. Twee likeuren, een eau de vie van 40 graden en mijn topproduct is een twee jaar op oude vaten gerijpte Belvados. Ik heb in Kortrijk een kleine ambachtelijke stokerij en doe dit in bijberoep, maar mijn bedoeling is om te groeien en daar mijn hoofdberoep van te maken, zodat ik kan bezig blijven met mijn passie en blijven experimenteren met dranken. Mijn droom is om een eigen boomgaard te hebben zodat ik van start tot einde alles in handen heb. Ik wil op termijn mijn appelen zelf kiezen om heel het proces in handen te hebben.”