In Zeebrugge wordt fijn stof gemeten met zowel een vast meettoestel als met metingen met de meetfiets van het Stadslabo.
“Systematische hotspots, waar een hoge graad van vervuiling is, werden op basis van de ogenblikkelijke metingen van PM10, PM2,5, PM1,0 en ultra fijn stof, niet vastgesteld. Deze laatste zijn een goede indicator voor luchtverontreiniging als gevolg van verbrandingsmotoren", aldus schepen van Milieubeleid Minou Esquenet.
Uit de vaste metingen blijkt dat de gemiddelde waarden voor PM10 en PM2,5 voldoen aan de Europese grenswaarden. Voor PM10 worden ook de strengere streefwaarden van de Wereldgezondheidsorganisatie gehaald.
Stad Brugge blijft de metingen opvolgen en zet tegelijk in op de verfijning van het meetnetwerk, bijvoorbeeld via continue luchtsensoren.