Toen vielen daar 10 doden en 58 gewonden nadat een Jordaanse piloot met zijn toestel was gecrasht na een mislukte stunt. De man kwam daarbij om, negen andere omstaanders lieten er ook het leven. Enkele tientallen andere mensen raakten gewond, sommigen vrij ernstig. De luchthaven van Oostende werd daarna nooit meer het decor van een internationale vliegshow.
Bekijk hier enkele reportages uit ons archief, met interviews van ooggetuigen en nabestaanden van de slachtoffers.
Ook het hulpverleningsteam van het Rode Kruis dat die dag paraat stond, werd zwaar getroffen. Gino Henderyck was toen 27 jaar en een vriend van één van de dodelijke slachtoffers in de Rode Kruistent. "Het was een heel mooie dag. Het was zonnig. Heel veel volk. Er was een leuke sfeer ook voor de toeschouwers. Ik stond op het platform, samen met mensen van de brandweer. En we zagen dat vliegtuig omhoog gaan. We zagen het wat tuimelingen maken. de tweede keer zagen we hem weer optrekken en plots zagen we hem niet meer."
Het stuntvliegtuig van piloot Omar Bilal stortte neer op de tarmac, vlakbij de hulppost van het Rode kruis. Duizenden mensen zagen het voor hun ogen gebeuren. "Dat is meteen rook en vuur, gegil van de mensen die je hoorde. De paniek en het geschreeuw van de mensen, dat zijn dingen die je niet vergeet. Voor ons van het Rode Kruis had dat nog iets extra. Het feit dat dat vliegtuig in onze hulppost terechtgekomen was. In onze tent in onze minibus."
Gino kende alle mensen die in de EHBO-tent aan het werk waren. Ook de jonge Danny Hamers die als 18-jarige hulpverlener van het Rode Kruis om het leven kwam.
